Geschreven door: Ruurd Kunnen

Maandag is de nieuwe NOSBO-competitie begonnen met de wedstrijd Roden 1-Bedum 1. Het was ook de eerste wedstrijd in het nieuwe competitiesysteem en met het snellere speeltempo. De top van de NOSBO-competitie bestaat dit seizoen uit twee Hoofdklassen waarvan de winnaars gaan uitmaken wie kampioen wordt. Daaronder zijn twee eerste klassen en een tweede klasse. Roden 1 speelt in Hoofdklasse A, Roden 2 in Eerste klasse B. Het nieuwe speeltempo bedraagt 75 minuten voor de partij plus 30 seconden bijtelling per zet. Dat is een kwartier minder dan vorig seizoen. De wedstrijd tegen Bedum kan dus een memorabele gebeurtenis worden genoemd, maar wie had gedacht of zelfs gehoopt dat dit met enig officieel tromgeroffel gepaard zou gaan, werd teleurgesteld.

Eigenlijk was de competitie al een week eerder begonnen. Menno had vooruit gespeeld. Het was een zeer onderhoudende partij, waarin hij moeilijk was komen te staan, vervolgens tegenkansen had gekregen, maar op het eind het slachtoffer was geworden van een verre vrijpion. De stand was dus 0-1 toen we maandag begonnen. En zo’n twee uur later was het 0-2. Jeppe was net terug van het zonnig Corsica en moest behalve aan de dagelijkse huiselijke sleur nog wennen aan het niveau van de Hoofdklasse. Dat gaat vast en zeker goed komen. Een paar interne partijen en het grote toernooi in Hoogeveen zulllen genoeg zijn voor Jeppe om in supervorm te raken voordat we op 9 november tegen Leek moeten.
De stand was ongeveer een uur later alweer gelijk. Theo wilde eigenlijk helemaal niet spelen, Jan van Spijker zou voor hem invallen, maar de teamleider dwong hem als het ware achter het bord plaats te nemen. We hebben onze invallers misschien nog hard nodig. Sommige spelers worden chagrijnig als ze ergens toe worden gedwongen, maar Theo behield zijn goede humeur, zoals we hem kennen. En hij veegde in alle gemoedelijkheid zijn tegenstander van het bord.
Henk speelde remise. Zijn partijen zijn meestal degelijk, maar niet altijd opzienbarend. Ik heb niet gezien hoe het is gegaan, Henk leek niet helemaal tevreden: er zat helaas niet meer in. Zelf smaakte ik het genoegen om de stand gelijk te trekken. Het was een typische Siciliaanse partij. Zwart moet oppassen niet onder de voet te worden gelopen. Als hij de echter aanval van wit doorstaat, krijgt hij aantrekkelijke kansen op de damevleugel. Ik kreeg een gedrukte stelling, maar het plan om onder die druk uit te komen was duidelijk. Aan het eind besliste een ver opgerukte vrije a-pion gecombineerd met een binnendringende toren de partij.
Eigenlijk begon de strijd toen pas echt. Lieuwe en Tom stonden slechter en hoe Ward stond was voor de toeschouwers niet helemaal duidelijk. Lieuwe was als eerste klaar. Hij was een paar pionnen kwijtgeraakt, loerde nog op een gemene schwindel, maar kreeg geen schijn van kans meer. De partij van Tom verliep dramatisch. Tom had het de hele avond moeilijk. Ik kende zijn tegenstander van een partij waarin hij zeeën van bedenktijd gebruikte voor de eerste 20 zetten om daarna in vluggertempo een gewonnen stelling te krijgen. Om die vervolgens in hoge tijdnood weg te geven. Tom probeerde op alle manieren tegenkansen te creëren. Dat lukte maar half, maar genoeg om zijn tegenstander zenuwachtig te maken. Die diende een protest in: Tom had zijn zetten niet meer genoteerd, en dat was verplicht. De wedstrijdleider wees het protest toe. Er worden in zulke gevallen tijdstraffen uitgedeeld, maar Tom liet het niet zover komen en gaf gedesillusioneerd op. De slechte stelling en het grote tijdnadeel gaven ook nauwelijks meer hoop op overleven. Bedum kwam daardoor op 4½ punt en kon niet meer ingehaald worden.
Ward was weer als laatste bezig. Weer, inderdaad, want in onze allerlaatste wedstrijd van het vorige seizoen was dat ook al het geval. Het leerzame eindspel dat hij toen speelde, heeft hij in de Roder Loper laten zien. Ook nu was het leerzaam en spectaculair bovendien. Ward had zwart en sloeg op een bepaald moment met zijn loper de pion op f2. Die loper stond niet gedekt, maar niemand die daarom maalde, want Ward dreigde met Tg8-g1 de witte koning, die op h1 achter zijn pion verscholen stond, mat te zetten. Had wit maar een toren op de onderste rij gehad, dan waren zijn problemen niet zo groot geweest… Maar nu zag hij zich genoodzaakt een paard te offeren. Ward incasseerde het stuk natuurlijk, maar toen kwam de aap uit de mouw: de Bedumer dreigde eeuwig schaak te houden. Als zwart dat wilde ontwijken, moest hij er steeds op letten dat zijn ongedekte loper niet verloren ging. Een uiterst moeilijke taak, temeer daar Ward al in zijn toegevoegde tijd speelde. Het was leerzaam te zien hoe hij dat deed. Uiterlijk de rust zelve liet hij de klok steeds doorlopen totdat er nog twee seconden over waren en deed dan een zet. Dan stond de klok weer op 32 seconden en begon het spel opnieuw. Ward speelde zijn koning zeer omzichtig van h8 via h6 en b5 naar c2 waar wit geen schaak meer kon geven. Om het mat te verhinderen moest hij de dames ruilen. Nog was de partij niet voorbij. Wit had twee vrijpionnen voor de loper. Ward vond echter een paar nauwkeurige zetten waarmee hij de gevaren kon bezweren. Een mooie partij, die we in de Roder Loper hopen terug te zien.

In de 5e ronde van de interne competitie bleef de stand aan kop ongewijzigd. Arnold Meijster won van Jan Willem van der Kouwe. Arnold is met zijn 7e plek op de ranglijst de best geplaatste B speler. Hij wordt op de voet gevolgd door Jan van Spijker die na een zeer lange inspannende partij won van Arnout Wegerif. Jan Duisterwinkel was al na een half uur klaar met zijn partij. Hij overspeelde in acht zetten Bob van Maanen die zoiets niet eerder had meegemaakt.