logoblauwklein

“Ik heb de nieuwe wereldkampioen gezien”, vertelde mijn teamgenoot bij Groninger Combinatie, Annelies van den Heuvel. “Hij komt uit Ten Boer.”
Mijn eerste gedachte was “Oh, is het weer zover?”, want ik heb al heel vaak grote beloften gezien die vervolgens spoorloos uit beeld zijn verdwenen. Maar Annelies was onder de indruk van het inzicht dat Bram ten Dam had getoond. Het gebeurde in Hoogeveen en inderdaad had Bram daar prima gespeeld. Hij deed aan de ochtend- èn de middaggroep mee en werd respectievelijk 4e en 10e. ’s Ochtends versloeg hij bekende coryfeeën als Evert Hondema en Theo Ebels, ’s middags bond hij onder andere Marc Snuverink aan zijn zegekar. In november kwam hij vanuit het niets binnen op de KNSB-ratinglijst met een rating van 2038. En dat terwijl hij nog maar 8 jaar is.
Een oud-clubgenoot uit Zoetermeer haalde onlangs herinneringen op aan ontmoetingen met getalenteerde jeugdspelers die waren uitgegroeid tot succesvolle schakers. Zo werd een andere vroegere clubmaat in Wijk aan Zee geveegd door een jongetje dat de hele partij bleef staan, omdat hij zittend het bord niet goed kon zien. Daniël Stellwagen werd grootmeester en Nederlands kampioen, maar heeft het schaken opgegeven voor de wetenschap. Een derde oud-clubgenoot won eens uit verloren stelling tegen een twaalfjarig Duits meisje. Zij barstte in huilen uit en bood in haar wanhoop remise aan. Mijn clubgenoot weigerde. Hij is FM (fidemeester) geworden, het meisje, Elisabeth Pähtz, grootmeester en zij heeft een tijdlang tot de mondiale damestop behoord. Pauline van Nies deed als jonge middelbare scholiere mee met de senioren van Promotie, kwam al snel in het eerste team en joeg daar grijzende mannen de stuipen op het lijf. Ze speelde enkele malen in het vrouwenkampioenschap van Nederland en in diverse internationale jeugdkampioenschappen. Ook Pauline heeft de wetenschap verkozen boven het schaken.
Er is enige discussie geweest na de botte weigering van mijn vroegere clubgenoot om een klein, huilend meisje remise te gunnen. Het zou wreed zijn. Sommigen waren bang zijn dat kinderen het plezier in het schaken kwijt zouden raken na een gevoelige nederlaag tegen een oudere speler. Om jeugdspelers niet te ontmoedigen zijn er waarschijnlijk heel wat puntendelingen tot stand gekomen. Dat zou verboden moeten worden. Wie wil leren schaken, moet ook leren met verlies om te gaan. Er zou een artikel in de reglementen moeten worden opgenomen, luidende: Het is niet toegestaan remise te accepteren van huilende kinderen. Dat is meer dan schaken, het is een levensles.
Bram ten Dam heeft, voor zover mij bekend, niet gehuild om zijn verliespartijen in Hoogeveen. Hij wordt goed begeleid door Roelof Kroon en anderen en kan wel tegen een stootje. De toekomst ligt voor hem open, maar is ongewis.